Verslag van de excursie naar Dortmund, stad in transformatie
Transformatie, van klein naar groot, van gebouw naar gebied en zelfs de hele stad. De excursie van Architectuurcentrum Rondeel en Rotaryclub Deventer-Noord naar het Duitse Dortmund stond 17 mei helemaal in het teken van transformatie, een belangrijk thema in de met 615.000 inwoners grootste stad van het Ruhr-gebied, en ook jaarthema van het Rondeel. De deelnemers aan de excursie zagen de transitie van individuele gebouwen naar een nieuwe bestemming, van grote gebieden en eigenlijk van de hele stad.
Initiatiefnemer van de architectuur rondleiding door Dortmund was architect Christoph Helbich van Scheffler Helbich Architekten in Dortmund, lid van de Rotary-afdeling Dortmund-Hörde en met zijn architectenbureau gevestigd op één van de grote transformatiegebieden van de stad, het terrein van een voormalige staalfabriek.

Uitwisseling
De excursie maakte deel uit van een uitwisselingsprogramma tussen de Deventer en Dortmunder afdelingen van de Rotary, die al enige tijd een vriendschapsband onderhouden. Volgend jaar 12 september, tijdens open monumentendag, komt de Duitse afdeling naar Deventer voor een tegenbezoek, mede georganiseerd door het Rondeel. De excursie telde negentien deelnemers van het Rondeel, veertien van de Deventer Rotary-club, terwijl in Dortmund nog eens twintig Duitse Rotaryleden zich bij het gezelschap voegden.
Voormalige cokesfabriek
De grote veranderingen in Dortmund werden ter plekke toegelicht door diverse betrokkenen, zoals stadsplanners en projectontwikkelaars. Dat gebeurde onder meer in de tot café-restaurant omgebouwde ButterRaum van Kokerei Hansa, een voormalige cokesfabriek in Dortmund-Hörde, een van de wijken van de stad, waar het gezelschap verwelkomd werd door de leden van de Dortmunder Rotary-afdeling.
Ook Hanzestad
Zo vertelde Ludger Wilde, voormalig wethouder ruimtelijke ordening en stadsplanoloog, over de grote veranderingen die de stad in de loop der tijd heeft doorgemaakt, en die nog altijd gaande zijn. Net als Deventer is Dortmund een Hanzestad, destijds omringd door een stadsmuur, een handelsstad aan twee belangrijke handelsroutes die in de Middeleeuwen een snelle groei kende, waarop eeuwen van stagnatie en relatieve rust volgden, waarna de industriële revolutie van de negentiende eeuw de stad liet uitgroeien tot een van de belangrijkste industriesteden van het land.
Nadenken over 2000 hectare
Bij het opstellen van het tienjaarlijkse structuurplan in 1985 voorzag niemand nog de snelle teloorgang van de grote staal- en kolenindustrie in Dortmund en de rest van het Ruhrgebied, aldus Wilde. In 2004 kwam er een nieuw tienjarenplan en wist de stad dat de industrie deels zou verdwijnen. ,,We moesten in korte tijd over 2000 hectare aan industrieterreinen nadenken wat we daarmee zouden doen. We waren de stad van kolen en bier, nu zijn ICT, microsysteemtechniek, logistiek en dienstverlening onze zwaartepunten.’’
Ontwikkelmaatschappijen
In totaal ging het over zes grote gebieden. Bij de rondgang door de stad bleek dat die herontwikkeling, Strukturwandel in het Duits, op uiteenlopende manier is aangepakt, waarbij naast de gemeente ook speciaal opgerichte ontwikkelmaatschappijen een belangrijke rol speelden. Zo is op het voormalige terrein van het Engelse leger, met kazernes en een vliegveld, een strook kantoren (7000 arbeidsplaatsen) en een reguliere woonwijk (3000 inwoners) gebouwd, waarbij de geschiedenis van het terrein bij de stedenbouwkundige opzet geen rol speelde, een aanpak die in Nederland minder waardering krijgt.
Rechtlijnige opzet
Heel anders was dat bij het laatste terrein van de excursie, Phoenix West, waar een voormalige staalfabriek van ThyssenKrupp zijn deuren sloot, een fabriek die ooit 5500 werknemers telde. Een deel van de indrukwekkende bebouwing bleef als industrieel monument gehandhaafd en heeft deels al een andere bestemming gekregen, zoals Phoenix des Lumières, een hal vol lichtbeelden.
Een ander deel van het uitgestrekte terrein werd ingericht tot toekomstig bedrijventerrein, waarbij de nieuwe wegen de oorspronkelijke rechtlijnige opzet van de fabriek volgen. De ontsluiting van de bedrijfspanden is dan weer in de haaks daarop aangelegde zijwegen, een opzet die net als de brede maat van de hoofdwegen (maar dan met twee rijbanen en veel groen) ontleend is aan de rest van de stad.
Internationale Tuinbouwtentoonstelling
Ook het terrein van Kokerei Hansa kent die tweedeling. Een deel van het gebied is uitgeroepen tot industrieel erfgoed, een van de belangrijkste in het Ruhrgebied, het tweede deel behoudt de rechte lijnen van de vroegere cokesfabriek, maar wordt omgevormd tot park en tentoonstellingsterrein voor de Internationale Gartenbauausstelling (IGA), die in 2027 in Dortmund wordt gehouden en een blijvende investering is in de voormalige Kokerei Hanse, met industrieel erfgoed als decor van tuinbouwexpositie en park.
Op het immense terrein van de cokesfabriek, waar uit de verbranding van kolen verschillende gassen voor de industrie werden geproduceerd, is veel van de oorspronkelijke bebouwing behouden. De deelnemers aan de excursie waren vooral onder de indruk van het gebouw waar vijf grote compressoren het gas samenpersen dat vrijkomt uit de verbranding van de kolen, om het via pijpleidingen naar tal van fabrieken in Dortmund en de rest van het Ruhrgebied te transporteren.
Zelfs trouwerijen
De fabrieken gebruikten het gas om er plastics en bijvoorbeeld verf mee te maken, een deel werd opgewaardeerd tot gas voor de verwarming van woningen, tot de komst van aardgas die tak van sport overbodig maakte. In het compressorgebouw worden nu zelfs trouwerijen gehouden, zoals ook elders in Dortmund industrieel erfgoed als decor geldt voor trouwfotografen en bruiloften.
Het enorme leidingenstelsel is niet alleen op het terrein van Kokerei Hansa nog zichtbaar, maar delen ervan ook elders in de stad. Zo konden de deelnemers van de excursie op Phoenix West zelfs een wandeling van 300 meter over een tientallen meters hoge leiding maken, een van de attracties van de herontwikkeling van het gebied.
Eerst een fabriek, nu een meer
Heel anders liep het af met Phoenix Ost, waar net als bij het nabijgelegen Phoenix West een staalfabriek van ThyssenKrupp zijn deuren sloot. Het plaatselijke Pesch Partner Architecten Stadtplaner, met ook een vestiging in Stuttgart, won de herontwikkelingsprijsvraag die de gemeente had uitgeschreven voor het 100 hectare tellende terrein. Dat gebeurde met het opzienbarende voorstel een meer aan te leggen op het terrein, samen met de bouw van honderden woningen aan de randen ervan, naast appartementengebouwen en kantoren.
De Phoenix-See is met een oppervlakte van 24 hectare nu een trekker van jewelste in de stad en trok de hele voorheen tamelijk verwaarloosde wijk omhoog. Voormalig projectontwikkelaar Ludger Schürholz wees op de grondprijs, die met 100 euro per vierkante meter voor de planvorming de laagste van Dortmund was, maar door de ontwikkeling steeg tot 700 euro per vierkante meter, de hoogste van Dortmund op dit moment. Tot het vertrek van de huidige bewoners uit de wijk leidde dat overigens niet, meldde hij. De Phoenix-See geldt nu in heel Duitsland als voorbeeldproject voor herontwikkeling.

Werknemers met spieren
De zware industrie en het vertrek daarvan had ook grote invloed op het onderwijs in Dortmund, zo bleek tijdens de presentaties en de rondgang door de stad. Zo waren er al lange tijd plannen voor de oprichting van een hogeschool of universiteit, maar zeiden werkgevers en politici vooral behoefte te hebben aan werknemers met spieren. Tot de stad in de jaren zestig op andere gedachten kwam en in 1971 de Hochschule Dortmund werd opgericht, waarin diverse andere opleidingen in de stad werden samengevoegd.
Officieel heet de instelling nu Universiteit van Dortmund voor Toegepaste Wetenschappen en Kunsten, vooral gericht op technische studies, maar inmiddels ook breder van opzet. Een ontwikkeling overigens die overal in het Ruhrgebied tot de oprichting van universiteiten en hogescholen leidde en in Dortmund volgens Ludger Wilde van grote invloed op de stad is geweest.
Techniekpark
Nadat de aanvankelijke locatie op een voormalig slachthuisterrein bij het hoofdstation van Dortmund te klein bleek, streek de universiteit neer in een weidegebied aan de rand van de stad, waar het studentenaantal snel groeide, maar in de jaren tachtig stagneerde. Dortmund vond de weg omhoog door naast het universiteitsterrein een techniekpark van 30 hectare te ontwikkelen.
Een succesverhaal: tien jaar later was alles bebouwd, met 10.000 werknemers en bedrijven die de nabijheid van de universiteit zoeken voor hun hoofdkantoren en onderzoekscentra, maar ook een gebied met een monocultuur. Universiteit en Techniekpark kregen er aansluitingen op het snelwegennet en een monorail, die de twee campussen van de universiteit en het Techniekpark met elkaar verbinden. Inmiddels telt Dortmund zeven hogescholen, 19 onderzoeksinstituten en 50.000 studenten.
Grote binnenhaven
Laatste grote herstructureringsgebied is het havengebied van Dortmund, een van de grootste binnenhavens van Europa, die met een kanaal naar zowel de Rijn als de Eems in het noorden van het land is verbonden. Een groot deel van de havenarmen is nog dag en nacht in gebruik, onder meer omdat Dortmund logistiek als nieuw economisch speerpunt heeft gekozen. Twee havenbekkens kwamen beschikbaar voor herontwikkeling.
Winnaar van een ontwerpprijsvraag werd het architectenbureau Cobe uit het Deense Kopenhagen. Woningbouw bleek door de milieubelasting van de haven niet mogelijk, de ontwikkelmaatschappij richt zich op bedrijvigheid op het gebied van ICT en de creatieve sector, twee andere nieuwe speerpunten van Dortmund. Zo is er een Centrum voor Digitaal Theater gekomen, dat experimenteert op het gebied van het toekomstige theater.
Autovrij
Opvallend is dat het gebied meteen autovrij is verklaard en er geen openbare parkeerplaatsen worden aangelegd, om het autogebruik te minimaliseren. Cobe ontwierp ook een fietsplan voor de wijk, geïnspireerd op de fietsstad die Kopenhagen is. Nadeel was wel dat er ook voor de bus van de excursie geen parkeerplek was en een wandeling door de wijk moest worden geschrapt. In de wijk blijft ook plek voor cultuur. Zo kon een partyschip zijn plek behouden, net als Speicher 100, een plek voor jonge Dortmunders. Het theatercentrum is eigendom van de stad, de andere culturele plekken worden gefinancierd uit de commerciële activiteiten in een gebouw. Alle gebouwen in het gebied zijn klimaatneutraal gemaakt.
Werkloosheid nog hoog
Nog altijd is de stad de economische omwenteling niet te boven. De herstructurering gaat nog verder, zei Ludger Wilde al aan het begin van de excursie. Met 12 procent werkloosheid scoort de stad slechter dan de rest van het Ruhrgebied. ,,Maar dat aantal willen we op korte termijn naar beneden hebben’’, aldus Wilde.
Verdiepingenhoge hal
Rondeel en Rotaryclubs eindigden hun rondgang door Dortmund in het Baukunstarchiv NRW, het architectuurcentrum van Nordrhein-Westfalen, in opzet vergelijkbaar met het Rondeel, maar aangevuld met een architecten-archief en bibliotheek. De instelling is gevestigd in een gebouw dat een eeuw geleden al van functie veranderde, in de oorlog zwaar beschadigd werd, maar weer werd hersteld. Het gebouw kreeg een indrukwekkende verdiepingenhoge hal op de plek van de voormalige binnenplaats, waar ontvangsten en exposities worden gehouden, met in de galerij op de eerste verdieping een overzicht met maquettes van een selectie van de architectonische topstukken in het Bundesland.
Ook directeur Jantine Sijbring van het Rondeel was onder de indruk van het gebouw. Het Deventer architectuurcentrum ambieert al langere tijd een meer opvallende plek in de stad, waar het publiek gemakkelijker bereikt kan worden, met onder meer een tentoonstellingsruimte.
Eerst een fabriek, nu een meer
Heel anders liep het af met Phoenix Ost, waar net als bij het nabijgelegen Phoenix West een staalfabriek van ThyssenKrupp zijn deuren sloot. Het plaatselijke Pesch Partner Architecten Stadtplaner, met ook een vestiging in Stuttgart, won de herontwikkelingsprijsvraag die de gemeente had uitgeschreven voor het 100 hectare tellende terrein. Dat gebeurde met het opzienbarende voorstel een meer aan te leggen op het terrein, samen met de bouw van honderden woningen aan de randen ervan, naast appartementengebouwen en kantoren.
De Phoenix-See is met een oppervlakte van 24 hectare nu een trekker van jewelste in de stad en trok de hele voorheen tamelijk verwaarloosde wijk omhoog. Voormalig projectontwikkelaar Ludger Schürholz wees op de grondprijs, die met 100 euro per vierkante meter voor de planvorming de laagste van Dortmund was, maar door de ontwikkeling steeg tot 700 euro per vierkante meter, de hoogste van Dortmund op dit moment. Tot het vertrek van de huidige bewoners uit de wijk leidde dat overigens niet, meldde hij. De Phoenix-See geldt nu in heel Duitsland als voorbeeldproject voor herontwikkeling.
Werknemers met spieren
De zware industrie en het vertrek daarvan had ook grote invloed op het onderwijs in Dortmund, zo bleek tijdens de presentaties en de rondgang door de stad. Zo waren er al lange tijd plannen voor de oprichting van een hogeschool of universiteit, maar zeiden werkgevers en politici vooral behoefte te hebben aan werknemers met spieren. Tot de stad in de jaren zestig op andere gedachten kwam en in 1971 de Hochschule Dortmund werd opgericht, waarin diverse andere opleidingen in de stad werden samengevoegd.
Officieel heet de instelling nu Universiteit van Dortmund voor Toegepaste Wetenschappen en Kunsten, vooral gericht op technische studies, maar inmiddels ook breder van opzet. Een ontwikkeling overigens die overal in het Ruhrgebied tot de oprichting van universiteiten en hogescholen leidde en in Dortmund volgens Ludger Wilde van grote invloed op de stad is geweest.
Techniekpark
Nadat de aanvankelijke locatie op een voormalig slachthuisterrein bij het hoofdstation van Dortmund te klein bleek, streek de universiteit neer in een weidegebied aan de rand van de stad, waar het studentenaantal snel groeide, maar in de jaren tachtig stagneerde. Dortmund vond de weg omhoog door naast het universiteitsterrein een techniekpark van 30 hectare te ontwikkelen.
Een succesverhaal: tien jaar later was alles bebouwd, met 10.000 werknemers en bedrijven die de nabijheid van de universiteit zoeken voor hun hoofdkantoren en onderzoekscentra, maar ook een gebied met een monocultuur. Universiteit en Techniekpark kregen er aansluitingen op het snelwegennet en een monorail, die de twee campussen van de universiteit en het Techniekpark met elkaar verbinden. Inmiddels telt Dortmund zeven hogescholen, 19 onderzoeksinstituten en 50.000 studenten.
Grote binnenhaven
Laatste grote herstructureringsgebied is het havengebied van Dortmund, een van de grootste binnenhavens van Europa, die met een kanaal naar zowel de Rijn als de Eems in het noorden van het land is verbonden. Een groot deel van de havenarmen is nog dag en nacht in gebruik, onder meer omdat Dortmund logistiek als nieuw economisch speerpunt heeft gekozen. Twee havenbekkens kwamen beschikbaar voor herontwikkeling.
Winnaar van een ontwerpprijsvraag werd het architectenbureau Cobe uit het Deense Kopenhagen. Woningbouw bleek door de milieubelasting van de haven niet mogelijk, de ontwikkelmaatschappij richt zich op bedrijvigheid op het gebied van ICT en de creatieve sector, twee andere nieuwe speerpunten van Dortmund. Zo is er een Centrum voor Digitaal Theater gekomen, dat experimenteert op het gebied van het toekomstige theater.
Autovrij
Opvallend is dat het gebied meteen autovrij is verklaard en er geen openbare parkeerplaatsen worden aangelegd, om het autogebruik te minimaliseren. Cobe ontwierp ook een fietsplan voor de wijk, geïnspireerd op de fietsstad die Kopenhagen is. Nadeel was wel dat er ook voor de bus van de excursie geen parkeerplek was en een wandeling door de wijk moest worden geschrapt. In de wijk blijft ook plek voor cultuur. Zo kon een partyschip zijn plek behouden, net als Speicher 100, een plek voor jonge Dortmunders. Het theatercentrum is eigendom van de stad, de andere culturele plekken worden gefinancierd uit de commerciële activiteiten in een gebouw. Alle gebouwen in het gebied zijn klimaatneutraal gemaakt.
Werkloosheid nog hoog
Nog altijd is de stad de economische omwenteling niet te boven. De herstructurering gaat nog verder, zei Ludger Wilde al aan het begin van de excursie. Met 12 procent werkloosheid scoort de stad slechter dan de rest van het Ruhrgebied. ,,Maar dat aantal willen we op korte termijn naar beneden hebben’’, aldus Wilde.
Verdiepingenhoge hal
Rondeel en Rotaryclubs eindigden hun rondgang door Dortmund in het Baukunstarchiv NRW, het architectuurcentrum van Nordrhein-Westfalen, in opzet vergelijkbaar met het Rondeel, maar aangevuld met een architecten-archief en bibliotheek. De instelling is gevestigd in een gebouw dat een eeuw geleden al van functie veranderde, in de oorlog zwaar beschadigd werd, maar weer werd hersteld. Het gebouw kreeg een indrukwekkende verdiepingenhoge hal op de plek van de voormalige binnenplaats, waar ontvangsten en exposities worden gehouden, met in de galerij op de eerste verdieping een overzicht met maquettes van een selectie van de architectonische topstukken in het Bundesland.
Ook directeur Jantine Sijbring van het Rondeel was onder de indruk van het gebouw. Het Deventer architectuurcentrum ambieert al langere tijd een meer opvallende plek in de stad, waar het publiek gemakkelijker bereikt kan worden, met onder meer een tentoonstellingsruimte.














