Nieuwbouw Paleis Het Loo is een technisch hoogstandje.
Het thema van het derde architectuurcafé voor de sponsoren van
Architectuurcentrum Rondeel was:
Paleis Het Loo: ondergronds bouwen.
Deventernaar Taco Klevering, constructief adviseur van advies- en
ingenieursbureau WSP, verzorgde de inleiding.
In de periode 2017-2023 is museum Paleis Het Loo uitgebreid met 5000 m2
expositieruimte. Om dit te realiseren is tussen het bestaande monumentale
hoofdgebouw en beide paleisvleugels een kelder van 8 meter diep gerealiseerd
en circa 175 miljoen euro geïnvesteerd. Die investering had niet alleen
betrekking op de nieuwbouw, maar ook op de renovatie van de bestaande
bebouwing en het verwijderen van asbest.
Taco gaf een inkijkje in de constructieve uitdagingen bij de bouw van
het nieuwe verdiepte museum. Uitdagingen zoals:
- Het graven van een 8 meter diep gat tussen en op sommige delen onder het
monument. - Controleren en tegengaan van mogelijke verzakkingen van de bestaande
bebouwing binnen de strenge eisen, die daar terecht aan werden gesteld. - Hoe om te gaan met het bodemwater.
- Het aanbrengen van onderwaterbeton met behulp van duikers en specifieke
apparatuur. - Het tegengaan van scheurvorming in het beton.
Aan de hand van Taco’s presentatie@, foto’s en filmpjes kregen alle aanwezigen
een inkijkje in de nieuwbouw van Paleis Het Loo. Al met al een technisch
hoogstandje met een geweldig resultaat.
Museum Paleis Het Loo was genomineerd voor de BNA Architectuurprijs 2024.
En is categoriewinnaar Identiteit en icoonwaarde geworden, een
felicitatie waard. De jury heeft over museum Paleis Het Loo het volgende gezegd:
“De jury is onder de indruk van deze – ook constructief – gedurfde
ingreep, die tegelijk ingetogen en monumentaal is. De kwaliteit spat
ervan af. De verbinding tussen het paleis met zijn historie en de
hedendaagse uitbreiding is prachtig uitgewerkt; in de plattegrond, de
waterpartij en de fraaie doorzichten. Door het sprankelende licht,
hoogwaardig materiaalgebruik en de bijzondere belijning in het plafond
heeft de ondergrondse ruimte – die makkelijk somber had kunnen worden –
een feestelijk karakter gekregen. Van de windroos in de vloer tot het
met oranjebloesemmotieven gedecoreerde hout; over elk detail is nagedacht. Een tot in perfectie uitgevoerd gebouw, dat imponeert en
(icoon)waarde toevoegt aan het bestaande monument.”
