Volop ideeën bij Deventer Stadmakers
De populariteit van stadmakers is groeiend. Onconventionele, soms wat anarchistische stedelingen die de stad opschudden en nieuw leven brengen. Ze brengen saamhorigheid en zorgen voor inspiratie. Er is zelfs een ambassadeur die niet alleen de boodschap, maar ook een steuntje in de rug komt brengen in steden die dat kunnen gebruiken. Zo was Floor Ziegler, bekend als succesvol stadmaker in Amsterdam-Noord, op 25 november in Deventer, waar zij haar ervaringen deelde met de wethouder, met bestaande en potentiële Deventer stadmakers en met overige belangstellenden. Floor had een Amsterdamse collega meegenomen: Quirine Winkler van Pakhuis de Zwijger.
STADSAMBASSADES
Quirine Winkler is bij Pakhuis De Zwijger (PDZ) projectleider van ‘Nieuw Nederland – Steden in Transitie’. Zij vertelde over de ontwikkeling van het creatieve platform, dat PDZ is, en hoe het de ambitieuze plannen voor sociale innovatie gaat realiseren, waarbij zij particuliere en maatschappelijke initiatieven bundelt. ‘Centrale democratisering’ is daarbij de doelstelling. Stadmakers zijn daarbij van cruciale betekenis. Zij inspireren, verbinden en informeren, maken het idee productief en vervolgens is er reflectie en monitoring. Het project Nieuw Nederland – Steden in Transitie is eigenlijk een wereldwijd fenomeen en volgens Quirine zijn er steeds meer steden in Nederland die óók hun eigen ‘Pakhuis de Zwijger’ willen. Het is niet de bedoeling om overal dependances te gaan organiseren, maar er is wel het initiatief tot stadsambassades waar ondersteuning en promotie van particuliere bottom-up initiatieven, doe-democratie en belangstelling voor de stad en regio gegeven wordt. Quirine is enthousiast over het succes en de grote belangstelling die er is en vertelt dat begin 2016 het project opgewaardeerd gaat worden tot ‘New-Europe’.
AMSTERDAM-NOORD
Floor Ziegler is een enthousiaste, maar ook praktisch ingestelde Amsterdamse die de afgelopen jaren van een suf en bedompt Amsterdam-Noord één van de meest hippe en aantrekkelijke stedelijke gebieden van haar stad wist te maken. Ze vertelt over de vele initiatieven en uitgewerkte projecten: klein begonnen en gaandeweg als een olievlek uitgebreid, in een samenwerking tussen bewoners en kunstenaars en uiteindelijk ook erkend en ondersteund als waardevol door de gemeente. Haar succes als projectleider Noorderparkkamer is niet onopgemerkt gebleven. Ze trekt nu door heel Nederland om in talloze steden, gesteund door Stichting Doen en het ministerie van Binnenlandse Zaken (Agenda Stad), haar kennis en ervaringen te delen. Dat doet zij pas nadat zij eerder een aantal dagen de betreffende stad al lopend verkend heeft. Zo ook in Deventer. Zij werd daarin begeleid door enkele Deventenaren die hun sporen hebben verdiend op het gebied van bottom-up projecten.
DEVENTER STADMAKERS
Floor verkende op aanwijzing van Ulrike Weis ten Elsen, de coördinator van Architectuurcentrum Rondeel, het historische centrum met de pleinen, de straten en stegen en de IJssel. “Wat is Deventer mooi, nooit geweten, wat een schoonheid. Wat moet ik hier eigenlijk doen? Het is hier al perfect.” Het was de eerste, overweldigende indruk die Floor kreeg tijdens haar kennismaking met onze stad. En zij maakte ook kennis met enkele Deventer stadmakers die haar vertelden over een aantal creatieve plekken in de stad. Die stadmakers waren ook in het Rondeel aanwezig en deelden hun ervaringen met de zaal.
Martijn Wubbolts van de Social Club uit de Nieuwstraat vertelde over de katalysator die zij zijn voor startende ondernemers met een goed idee.
Maaike Folmer vertelde over de blokkerende regelgeving en uiteindelijk de uitweg om het pop-up café Piknik in het Havenkwartier te realiseren. Floor werd er rondgeleid en geïnformeerd door beeldend kunstenaar Albert Dedden. De vraag is hoe we het Havenkwartier nog bruisender kunnen krijgen en hoe we dat binnen (of buiten) de regelgeving kunnen organiseren? Een toehoorder in de zaal biedt spontaan aan om zijn (juridische) kennis en ervaring voor Piknik in te zetten!
Thijs Paré, coördinator van Wonen boven Winkels, bracht haar naar de verstopte, maar indrukwekkende binnentuin achter ijssalon Talamini; een plek waar Floor direct de enorme potentie van inzag, maar hoe krijg je hier alle belanghebbenden op één lijn? Een eerste plan voor programmering kan wellicht de eerste ondernemer over de streep trekken. Een tweede spontane aanmelding uit de zaal volgt: Stadslab wil een groep Saxion-studenten inzetten voor hulp!
Martijn Willems wist Floor het meest te bekoren met ‘zijn’ Elegast. Elegast is het hernieuwde buurthuis in de gerevitaliseerde woonwijk Keizerslanden. Martijn is doortastend, slim en kan met iedereen overweg. Hij heeft met veel inzet en met inbreng van buurtbewoners het eerste zelfredzame buurthuis voor elkaar gekregen. Een belangrijke figuur dus die, zo zegt hij zelf, alles doet voor “veel lucht en liefde”. Voor Floor aanleiding om hem op te porren, zijn inzet zou gewaardeerd moet worden, zeker als Martijn zijn kennis en ervaring (op verzoek van gemeenten en/of andere partijen) gaat inzetten in nieuwe projecten en initiatieven elders in de stad.
OUDE WIJN IN NIEUWE ZAKKEN?
Stadmakers zijn innovatieve, ondernemende creatievelingen met verbindende kwaliteiten die in een stad (of dorp) ideeën en mensen aan elkaar weten te koppelen en tot concrete vernieuwingen met dynamiek te brengen. Het zijn vooral doeners en minder praters en denkers. En, deze gangmakers zijn er altijd en overal geweest. Nu heten ze stadmakers. Na een afwezigheid van lange tijd (ofschoon in veel dorpen en kleine gemeenschappen de methoden nooit weggeweest zijn – zo ondervond Floor ook in het Friese dorp Reduzum) is de zelfredzaamheid, het eigen initiatief die ook wel de participatiemaatschappij genoemd wordt, weer helemaal terug. Floor erkent en herkent hierin de bekende golfbeweging. Is de stadmaker niet een vertegenwoordiger van een nieuwe elite? Wellicht, maar toch vooral een beweging die juist de breedte in de samenleving zoekt (en misschien zelfs een reactie op een doorgeslagen individualisme, met alle uitwassen van dien). Er is een lichte verontruste toon die waarschuwt voor het ontstaan van nieuwe systemen en instituties, en voor het effect dat zelforganisaties ook tot uitsluiting kunnen leiden.
Positief is de oproep aan de gemeenten om de afgeschafte wijkrondgangen weer in ere te herstellen. Ook was er de suggestie tot instelling van de ‘Gouden Doedel’ voor goede initiatiefnemers. Eerder waren er de spontane aanmeldingen voor ondersteuning van Piknik en van de programmering voor de binnentuin van Wonen boven Winkels. Harry Zwiers van Architectuurcentrum Rondeel benadrukt dat bij het Rondeel veel kennis aanwezig en beschikbaar is om te helpen bij vragen van ruimtelijke aard en over voorschriften.
JA-LOKET
Jan Jaap Kolkman was uiteraard als wethouder die over veel van de betrokken onderwerpen gaat, ook aanwezig. Hij had Floor ook al eerder gesproken. Hij kondigt een zogenoemd ‘Ja-loket’ aan, bedoeld voor burgers die bij alle andere loketten geen toegang of toestemming krijgen. Het Ja-loket moet die vragen verder helpen.
Op de vraag of bijeenkomsten als deze een vervolg moeten krijgen was geen eensluidend antwoord te horen, behalve dan dat stadsmakers in de eerste plaats doeners zijn en vooral behoefte hebben aan meehelpers. En ook: bestaande vragen van stadmakers eerst oplossen en dan verder gaan. Toch is het contacten leggen met elkaar (gewoonweg netwerken) óók van belang. Een volgende keer zal hoe dan ook op een locatie van een stadmaker moeten zijn. Wethouder Kolkman sluit tot slot NIET af: “dit moeten we niet afsluiten; we moeten doorgaan met verbinden!”
door Tom de Vries
{ppgallery}/slideshow20151124Stadmakers{/ppgallery}